bonnie 'prince' billy - ask forgiveness
Bonnie 'Prince' Billy - Ask Forgiveness - Domino/Munich

De Amerikaanse singer-songwriter Will Oldham heeft onder de naam Bonnie ‘Prince' Billy met eigen composities en teksten hoog gewaardeerde cd's gemaakt: ‘I See a Darkness', ‘Master and Everyone' en ‘The Letting Go'. Maar hij bewees met albums als ‘More Revery' en ‘The Brave and the Bold' (samen met Tortoise) ook een eigenzinnige kei te zijn in covers. Nu flikt hij ‘m dat weer met  de cover-EP Ask Forgiveness.   

Het gaat om opzienbarende metamorfoses. En net als bij zijn vorige cover-projecten toen hij bijvoorbeeld songs van Mariah Carey, AC/DC en Bob Marley naar zijn folky hand zette, maakt hij ook nu onverwachte keuzes met songmateriaal van o.a. een hardrockgroep, een rapper en een crooner.

Van het origineel herken je eigenlijk enkel de tekst. Van de oorspronkelijke melodie dringen nog hier en daar flarden door. Oldham covert de songs niet uit ironie, maar omdat hij zich geraakt voelt door de tekst. De liedjes pakken hem. Hij trekt ze naar zich toe en restylet ze in zijn eigen sobere folky idioom. En voor je 't weet klinken ze dan als traditionele folksongs in een newfolky outfit.   

Oldham is, nog veel meer dan Devendra Banhart, de man die een brug slaat tussen de new folk en de reguliere folk. Ter ondersteuning van zijn akoestisch gitaarspel en warmtrieste onvaste stem heeft hij zich op deze EP omringd met een tweede stem van Meg Baird, fraaie effecten op elektrische gitaar van Greg Weeks (beiden van Espers) en donkere cello-tinten van Margie Wienk.

Het is nauwelijks voorstelbaar maar een aalglad rapnummer als The World's Greatest van R. Kelly kan ook folky klinken. Oldham omarmt tekst en melodie met liefde en maakt ze compleet los van hun oorspronkelijk commerciële outfit. Zo veranderen in Oldhams bewerking bluf & branie in nederigheid & zachtaardigheid. Dat gedijt goed bij zijn licht deinende akoestische snaren, plus gevoelig getokkel op elektrische gitaar en diepdonkere cello-tonen.

Het macho groteske in Am I Demon, van de bluesy hardrockers van Danzig, wordt bij Oldham dromerig tot spannend met indringende spacy soundscapes op elektrische gitaar.  

Het folkpunky The Way I Am van The Mekons is hier een traag voortstrompelende ballad met het contrast van de duivels lage bromstem van Oldham en het engelachtige ijle van Meg Baird.

Het breed uitgesponnen bijna slepend hypnotiserende en symphonische van het Björk & Thom Yorke-duet  I've Seen It All heeft nog steeds iets spannends, maar voltrekt zich nu in een meer ongekunstelde aardse en minder artistiekerige sfeer en neemt ook ruim een minuut minder in beslag.

In Cycles hoor je de croonersfeer van Frank Sinatra alleen nog terug in het relaxed fluiten van Oldham. Voor de rest is het een prachtig folkduet geworden van Oldham en Baird met folky snarenspel en een orgeltje.   

Oldham's twee meer voor de hand liggende coverkeuzes - I Came Here tot Hear the Music van countryzanger Mickey Newbury en My Life van folkzanger Phil Ochs - dragen ook volledig zijn eigen handtekening. Met name hier vallen Oldhams vocale kwaliteiten op, waar hij zich anders nog wel eens beperkt tot fluisterzang en praatzang. I Came Here tot Hear the Music is de beklijvende EP-opener met pregnant getokkel op elektrische en akoestische gitaar.

De enige zelf geschreven song, I'm Loving the Street, is misschien wel het meest optimistisch klinkende dat Oldham ooit vastlegde.

In totaal scheppen deze acht nummers in krap een half uur een wereld vol trieste schoonheid. Dus dit ‘tussendoortje' is wel iets meer dan een EP, maar te kort voor een full-cd. Het belangrijkste is echter dat de kwaliteit zó hoog is. Dat kan ook haast niet anders als de voorman van de vernieuwende Amerikaanse folktroubadours het aanlegt met de top van de newfolk. Voor wie nog niets van Bonnie ‘Prince' Billy in zijn platenkast heeft staan, is dit een mooie en betaalbare gelegenheid.

Henk - Waardering 9+